Winterhavenvissen is cool

We gaan weer richting winter en iedere fanatieke wedstrijdvisser weet wat dat betekent: we gaan de havens weer in. In de wintermaanden zitten de binnenhavens van o.a. Brielle, Werkendam, Elburg, Harderwijk, Zeewolde en Enkhuizen weer vol met witvissers die proberen om een kilo of 25 aan voorn bij elkaar te vangen. Dat het niet altijd meevalt om die kilo’s te bereiken is wel duidelijk. Wij gingen er met Evezets Jan van de Bovenkamp eens op uit om de kunst af te kijken. Jan staat bekend als specialist op dit gebied en we zochten hem eens op aan de Binnenhaven in Zeewolde.



Aan deze Binnenhaven worden regelmatig wedstrijden georganiseerd. Gelegen tegenover de COOP Supermarkt aan de Pegasus vang je je visje midden in de dorpskern. Schitterend natuurlijk, maar denk wel aan de omwonenden. De haven is niet echt groot, met een afmeting van 40 x 40 meter houdt het wel op. Er liggen een tiental bootjes aan een steiger en dan heb je het wel gehad. Gevist wordt er vanaf de kade aan de oost- en zuidkant. Ik schat dat er plaats is voor een mannetje of 24. Als je niet weet dat dit watertje vol vis zit in de winter zou je er zo voorbijrijden. Om er te mogen vissen is het overigens noodzakelijk om lid te zijn van HSV Ons Stekkie uit Zeewolde.



Jan heeft zijn materialen al uitgepakt en is druk bezig met de voorbereiding. We kijken meteen maar eens mee. Eerst het lokvoertje maar eens. Veel heb je niet nodig op zo’n water; een kilootje donker voer is vaak al voldoende. Hij maakt dit aan met een eetlepel anijs en een handje Evezet Grille Hennep. Uit ervaring weet hij dat voorn vaak erg goed reageert op een kruidige mix. Tot mijn verbazing diept hij een flesje Jagermeister uit zijn tas op en doet er een scheutje van in het gereedstaande lokvoer. Het was eigenlijk niet de bedoeling dat ik het zag, maar het is al te laat. Is dit het geheime ingrediënt dat hem zo succesvol maakt?  Die Jagermeister blijkt vol te zitten met de kruiden die Jan graag gebruikt en zo’n scheutje is er zo aan toegevoegd. Je moet er maar opkomen toch? Hij voegt er soms ook een zakje speculaaskruiden aan toe als de Jagermeister op is. Die kende ik nog niet.



Er staat al een arsenaal aan Trabuccostokjes gereed. Jan zweert bij het gebruik van telescopische hengels en heeft ze dan ook bij zich in afmetingen variërend van twee tot acht meter. Je weet in dit soort haventjes eigenlijk nooit waar de vis zit. In Zeewolde zitten de grotere vissen vaak recht voor je voeten, maar het kan goed zijn dat je met acht meter aan de slag moet. Belangrijk bij deze visserij is dat je hengels beschikken over een strakke body en een soepele top Geen elastiek in de top; de toppen zijn versneden en voorzien van een Stonfoconnector. Zonder elastiek heb je immers meer controle over de vis en kun je deze makkelijker tillen. Snelheid is waar alles om draait in de wereld van de wintervoornvisser. De tuigen die hij aan de verschillende hengels bevestigd zijn dan ook net zo lang als de hengel. 

Ook de dobberkeuze is volledig op snelheid afgestemd. Langwerpige body’s en korte onderantennes. Hoe minder er uitsteekt des te minder er in de knoop schiet. Standaard gebruikt hij een carbon onderantenne omdat die niet zo makkelijk buigt. Als de vis het moeizaam doet, pakt hij dobbers met een stalen onderantenne omdat staal gevoeliger is dan carbon en minder opwaartse druk geeft dan carbon. Het zijn de kleine dingen die vaak de verschillen maken toch?



Voor het vissen met mais gebruikt hij dan weer dobbers met een wat dikkere bovenantenne omdat mais een relatief zwaar aas is en die dikkere bovenantenne geeft dan net weer wat meer opwaartse druk. Fijntunen doet hij dan door wat vaseline op de bovenantenne te smeren.  De lijndiktes? Verwacht hij een secure visserij, dan vist hij met 10/00 nylon en haakje 16 of 18. Bij veel vis gaat hij naar haak 12 of 14 en lijndikte 14.  
Jan tovert een arsenaal aan peilgewichtjes uit zijn koffer en we gaan de verschillende lengtes eens uitpeilen. Gevist wordt er met staande haak of net iets boven de bodem. Secuur peilen is dus belangrijk. Uitgepeild wordt er op 2 meter van de kant tot een meter of zes uit de kant. Gebruik niet te zware peilgewichtjes; voor je het weet zakt je peilgewicht door de modderige bovenlaag heen en vis je met een sleepje op de grond.

Als het uitpeilen gedaan is komt de aastafel aan de beurt. Uit zijn tas komt een bakje pinkies, een liter casters, wat maden, een liter gekiemde hennep, wat mais en een Crafty Catcherverpakking met maples, tarwe en hennep.  Als laatste diept hij de Evezet Powerwurms in rood en wit op. We zijn klaar om te gaan vissen.



Hij begint met het cuppen van een balletje lokvoer op twee en op zes meter. De haak wordt beaasd met een caster en een made en hij begint op zes meter te vissen. Het is eerst even zoeken op welke diepte de vis precies aast. Dit heeft alles te maken met de verschillende spronglagen in het water. Azen ze hoog, dan voert hij casters bij omdat die niet zo snel naar de bodem zakken. Als de vis tegen de bodem aast, voert hij meer  gekiemde hennep dan casters. Hennep zakt sneller naar beneden en houdt zo de aanwezige vis op de bodem.  De pinkies gebruikt hij alleen als hij de vis in de bovenste waterlaag wil krijgen. Pinkies zakken immers nog langzamer dan casters. Ga niet te snel met pinkies gooien, want voor je het weet vang je alleen nog maar baars en dat is nu net niet de bedoeling. We zijn op jacht naar de grotere voorns en dan zit je niet te wachten op een leefnet vol baars.



Al snel begint Jan voorns te vangen. De vis blijkt tegen de bodem aan de azen en dat betekent dus hennep bijvoeren. Met regelmatig gooit hij wat hennep naar de stek op zes meter.  Nu blijkt ook het voordeel van de soepele top van de telescopische hengeltjes. Je kunt a tempo aanslaan en meteen de vis tillen. Hij blijft continu wat hennep bijgooien en als de vis echt op stoom komt gaat hij verder met een stukje Powerwurms als haakaas. Rood blijkt een geweldige aantrekkingskracht op de aanwezige voorn te hebben. Zo’n stukje Powerwurm gaat een vis of tien mee voor het vervangen moet worden. Niet steeds je aas vervangen scheelt weer tijd.  



Het beazen van de haak is ook elke keer weer een secuur werkje. De haakpunt moet goed door het aas heen zijn, een “verstopte haakpunt” levert veel missers op. Ook de volgorde van je aas op de haak scheelt tijd. Schuif er eerst een made op en dan een casters i.p.v. andersom. Ervaring leert dat de casters er vaak als eerste afgaan en op deze manier win je ook weer tijd en dat is waar alles om draait bij deze visserij. Hoe sneller je kunt vissen, des te meer vis ga je vangen.



Tijdens het vissen op zes meter heeft Jan ook de stek op twee meter goed bijgehouden. Hij voert beide stekken gelijkmatig aan. Verder wisselt hij ook regelmatig van stek om te bekijken of de grote vorens al op zijn tweemeterstek azen. Als dat zo is gaat hij direct door met de twee meterstek. Nu komt de Crafty Catcher mix erbij. De mix bestaat uit maples, tarwe en hennep en is bedoeld voor de grotere voorns. Grotere vis, groter aas, toch?  Het lastige met deze voermix is wel het verschil in gewicht van de drie ingrediënten onderling. Tot een afstand van een meter of twee kun je dit met de hand nog gooien. Voor afstanden verder dan drie meter is het slimmer om deze mix te cuppen. Door het verschil in soortelijk gewicht van de ingrediënten krijg je deze mix al gooiend nooit goed op je stek.  De zware bestanddelen vliegen dan waarschijnlijk te ver door waardoor ze over je voerstek heengaan.



Jan vist ondertussen onverdroten door. Ik zie dan ook de ene na de andere voorn voorbijkomen. Doordat hij haast geen pinkies gebruikt weet hij de aanwezige baars handig te ontwijken. Een voorn weegt nu eenmaal meer dan een baars van vergelijkbare grootte. Ik begin door te krijgen waarom hij zo goed uit de voeten kan tijdens dit soort visserij. Alles is afgestemd op het zo snel mogelijk door kunnen vissen. Zelfs over zijn schepnet heeft hij nagedacht. Hij gebruikt een Trabucco Spooknet, een superlicht schepnet waarmee je  erg snel de vis kunt scheppen. Bijkomend voordeel is dat je met zo’n schepnet ook je visplek zo weinig mogelijk verstoort. Het zijn de kleine dingen die vaak de grote verschillen maken.

Dat niet elke binnenhaven hetzelfde is, is duidelijk. Sommige havens zijn dieper, of zit de vis wat verder of juist weer dichterbij de kant. Als je je materiaal aanpast aan de plaatselijke omstandigheden en zo eens rondkijkt dan zie je al snel dat deze vorm van visserij overal draait om het in orde hebben van je materialen, het maken van de juiste keuzes en vooral snelheid. 



Terug

07-11-2020
https://www.nextlevelviscoach.nl
blank
https://www.prestoninnovations.com/en
blank
blank
http://www.fishcresta.eu
blank
https://www.bdstore.com/tracking/tradetracker/redirect/?tt=23762_982543_40030_&r=
blank
http://www.jvbaits.nl
blank
http://www.hengelsport-kruidenier.com/
blank
https://berenkuil.com/snake-lake
blank